Gelijktijdig gebruik van natuurproducten en geneesmiddelen

30 Apr, 2018

Gelijktijdig gebruik van geneesmiddelen en voedingsproducten kan zowel positief, neutraal als negatief uitpakken. Om een eventuele wisselwerking te kunnen beoordelen, is het belangrijk dat het gelijktijdig gebruik boven tafel komt. Veelal zijn patiënten en voorschrijvers zich niet bewust van het belang hiervan. Gebruikers van zelfzorgproducten vergeten dat bijvoorbeeld te melden aan hun voorschrijvend behandelaar, arts of apotheker. En routinematig navragen door arts of specialist van het gebruik van natuurlijke middelen is lang niet altijd de praktijk. Uit onderzoek blijkt bovendien dat cliënten die zowel van complementaire als allopathische zorg gebruikmaken, dit niet altijd durven te melden aan beide behandelaren. Daarmee vervalt helaas ook de mogelijkheid om gelijktijdig gebruik te signaleren en een risicobeoordeling te maken.

Het is onduidelijk hoe vaak gelijktijdig gebruik van natuurlijke producten (voedingssupplementen en kruidenpreparaten) en geneesmiddelen voorkomt. In Duitsland is recent onderzoek uitgevoerd in vijf verschillende klinieken naar gelijktijdig gebruik van complementaire en alternatieve zorg onder mensen die een behandeling tegen kanker ondergingen. Van de 1000 mensen die de vragenlijst ontvingen, stuurden 711 mensen deze ingevuld retour. Bijna dertig procent van de ondervraagden maakte gebruik van een vorm van CAM. Bij 55 procent van hen was er sprake van gelijktijdig gebruik van geneesmiddelen en voedingssupplementen of kruidenpreparaten, met een risico op interacties. Onderzoekers concluderen dat het belangrijk is artsen te trainen in bevragen van het gebruik van supplementen. Verder is het belangrijk patiënten voorlichting te geven met als doel dat zij het gebruik van deze producten melden bij voorschrijvers, arts en apotheek. Het is onduidelijk in hoeverre de Duitse situatie opgaat voor Nederland, maar het uitvragen van gebruik van geneesmiddelen en zelfzorgproducten blijft belangrijk bij het natuurgeneeskundig consult. (Firkins et al., 2018)

Bron:
Firkins, R., Eisfeld, H., Keinki, C., Buentzel, J., Hochhaus, A., Schmidt, T., & Huebner, J. (2018). The use of complementary and alternative medicine by patients in routine care and the risk of interactions. Journal of Cancer Research and Clinical Oncology, 144(3), 551–557.

is natuurgeneeskundige en klinisch epidemioloog. Ze is als (freelance) auteur, docent en onderzoeker gespecialiseerd in het vakgebied van de complementaire, alternatieve en functionele geneeskunde. In haar werk staan kennisoverdracht en kennisontwikkeling in deze geneeswijzen centraal. Zij levert wetenschappelijke informatiediensten binnen het werkveld.

Laat een reactie achter