Creatief met groenten

14 Dec, 2022

Door Marieke Lebbink

Het is vaak een hele uitdaging om kinderen gevarieerd en gezond te voeden. Dat merkte ik zowel in de privésituatie als op het spreekuur: de één wil dit niet en de ander lust dat niet. En dan heb je soms ook nog rekening te houden met bepaalde dieetkenmerken. Het vraagt om de nodige creativiteit.

Mam, eten we vanavond broccoli? Mijn jongste dochter is na een jaar omzwervingen in buiten- en binnenland een paar dagen thuis. Ik val bijna van mijn stoel van verbazing want haar hang naar groente is altijd minimaal geweest. Nieuwsgierig vraag ik wat er afgelopen jaar veranderd is. Ze vertelt dat ze een periode minimaal groente at en ze is zich bewust geworden dat ze zich beter voelt als ze dat wel regelmatig doet. En natuurlijk wist ze dat het gezond is. Gelukkig is ze het ook lekker gaan vinden.

Niet alleen bij mijn dochter(s) was het een uitdaging, ook bij kinderen op het spreekuur is het vaak zoeken hoe ze aan de groente te krijgen. Snacktomaatjes, komkommer en worteltjes gaan vaak nog wel, maar dat is rauw. Als je buikpijn hebt kun je dat beter maar beperkt eten. Goed om ook gekookte groente te nemen. Ik leg uit dat smaak een ontwikkeling is en dat je een aantal keren (vijftien) met een bepaalde smaak in aanraking geweest moet zijn voordat je het lekker gaat vinden. Dat kun je ook wat oudere kinderen uitleggen. Of maak er een spelletje van! Sperziebonen zonder handen en bestek eten was bij ons favoriet. Ook adviseer ik vaak twee soorten groenten op tafel te zetten, waarvan één groente die het kind lust. Daarbij de uitdaging om van die andere nieuwe groente ook een hapje te nemen. Omdat voeding regelmatig gebruikt wordt als sabotage of machtsmiddel, komt het thema opvoeden ook aan de orde. Regelmatig verwijs ik door naar een kindercoach die dit dan oppakt.

Groente en peulvruchten kun je overigens ook heel goed verwerken in soepen en sauzen, pannenkoeken of stamppotten. Denk aan courgettepannenkoeken, doperwtensoep met munt, een tomatensaus met wat kikkererwten of hutspot met (zoete) aardappelen en linzen bijvoorbeeld. Vroeger maakte ik regelmatig wortelsap in de sapcentrifuge. De overgebleven vezels deed ik door de gehaktballen heen met wat kruiden. Ze leken wel op de gehaktballen van een grote Zweedse meubelfabrikant en de kinderen waren er dol op. Ook gezellig om kinderen mee te laten helpen in de keuken. Mijn dochters vonden het leuk om pannenkoeken te helpen bakken. Omdat de één geen melk verdroeg en de ander geen tarwe, werden het speltpannenkoeken met een melkvervanger en een extra ei voor de eiwitten.

Op het spreekuur lukt het overigens niet altijd om kinderen direct aan de groente en vezels te krijgen. Af en toe maak ik gebruik maken van de ‘trukendoos’. Zo adviseer ik ouders om wat inuline door het drinken te doen. Het lost helder op en heeft geen smaak. Wel belangrijk dat het langzaam opgebouwd wordt, een half theelepeltje bijvoorbeeld, omdat de darmen eraan moeten wennen en het aanvankelijk een opgeblazen gevoel kan geven. Ook acaciavezels en guarboonvezels zijn oplosbaar. Dit hele proces vraag tijd en geduld waar je soms moedeloos van kunt worden. Maar mijn dochter leerde me een belangrijke les: Het komt goed! En dat perspectief vertel ik andere ouders nu ook.

is natuur- en darmdiëtist met bijna 30 jaar praktijkervaring. In haar praktijk combineert ze adviezen uit zowel de reguliere als de complementaire geneeskunde en wil daarin ook graag een brugfunctie vervullen. Tevens is ze co-auteur van het boek Darmehbo.

Laat een reactie achter