Leven in je lijf

30 Oct, 2025

Door Marianne Kolkena

Ze was die dag bij me voor haar derde consult. De eerste keer was ze gekomen op doorverwijzing van haar huisarts. Het was namelijk duidelijk geworden dat ze behoefte had aan een andersoortige benadering. Inmiddels had ze twee keer op eigen initiatief contact gezocht om te werken aan wat haar zwaar viel.

Ze mailt nooit zomaar; als ze een consult afspreekt, is er iets wat haar hoog zit, net als de eerste keer. We werkten toen meer dan drie uur en ze keek moedig zeer pijnlijke zaken aan. Tranen vloeiden, woorden kwamen met horten en stoten en waren soms precies wat haar weghield bij haar lichaam. In onze tweede sessie liet ze weten die eerste keer bijna uit mijn praktijkruimte te zijn vertrokken. Mijn vraag ‘Wat voel je in je lijf als je dit zegt?’ was enorm triggerend geweest.1 Van alles was in opstand gekomen. Vooral de overtuigingen en oordelen in haar hoofd hadden zich laten horen: ‘Hoezo?! Waar heb je het over?! Wat doet het ertoe?! Wat wil je van me?’

Die derde keer waren we precies een half jaar verder en er was veel veranderd. Door verschillende gebeurtenissen waren er allerlei processen in haar en haar gezin in gang gezet. Dat ervaarde ze als wonderbaarlijk en helend, en tegelijkertijd als confronterend. Na twee lange sessies bij mij begon ze nu naar heel veel dingen namelijk anders te kijken. Veel interacties beleefde ze niet langer als acceptabel en ze schreeuwden om een nieuwe aanpak.

Ik stelde haar een vraag en ze antwoordde. Het riep veel op en ik vroeg wat er in haar lijf gebeurde. Hoewel ze er intussen al veel beter bij kon blijven en niet meteen verbaal het gesprek hervatte, was het geregeld nog steeds lastig de fysieke nuances te vinden. Ik herhaalde haar antwoord en vroeg: ‘Is er nog meer?’ ‘Nou, nee, ik geloof het niet.’ Er klonk wat irritatie in haar stem, alsof ze wist dat er meer was, maar er niet bij kon. Ze concentreerde zich met gesloten ogen en bleef stil. Ik hielp haar op weg, zonder dingen in te vullen: ‘Wat gebeurt er in je buik, je bekken? Wat voel je in je benen, je voeten?’

Haar gezicht vertoonde een toegenomen concentratie, vermengd met wat verontrusting: ‘Ik weet het niet… Ik voel me duizelig… Het is alsof ik flauwval… en ik voel mijn benen bijna niet!’ Ze klonk enigszins angstig en ik vroeg of ik dichterbij mocht komen en haar mocht aanraken. Daarvoor gaf ze toestemming, dus ik stond op en ging voor haar zitten, op de grond voor de bank. Ik legde mijn handen stevig op haar voeten en enkels. Samen stemden we af hoeveel druk prettig was. Zo zaten we geruime tijd in stilte. Ik hoorde haar ademhaling kalmeren. Ze bleef stil en aanwezig. Af en toe verplaatste ik mijn handen wat.

Toen ze haar ogen opende, wás ze er werkelijk weer. De duizeligheid was verdwenen en ze voelde haar benen. Ze had ervaren dat ze in de veilige verbinding moed kon vinden om te voelen wat haar lijf haar wilde zeggen en om bewust daarbij aanwezig te zijn.2 Ze kon in de sessie het leven in haar lijf voelen. Ze leert nu steeds beter haar leven gestalte te geven vanuit wat ze voelt in dat lichaam waarin haar ziel al meer dan een halve eeuw woont – een dappere ontdekkingsreis!

Bronvermelding:
1. Brackett, M. (2019). Permission to Feel. The Power of Emotional Intelligence to Achieve Well-being and Success. Celadon Books.
2. Burke Harris, N. (2019). The Deepest Well. Healing the Long-Term Effects of Childhood Adversity. Mariner Books.

Verzameling van artikelen van schrijvers die op niet-regelmatige basis voor ons schrijven.

Laat een reactie achter