Microdosering

01 Sep, 2025

Door Hein Pijnnaken

Microdosering van psilocybinehoudende truffels en paddenstoelen krijgt steeds meer aandacht als mogelijke toepassing binnen de integratieve zorg, met name bij burn-out, stress en aandachtsproblematiek. Hoe werkt het in lichaam en geest? Welke indicaties en contra-indicaties gelden voor complementair werkende therapeuten en artsen? Op basis van actuele studies en onze praktijkervaring biedt dit artikel een genuanceerd overzicht voor professionals die hun kennis over deze opkomende methode willen verdiepen of doorgeven.

Van Silicon Valley tot natuurgeneeskundige praktijken: microdosering, het nemen van een sub-hallucinogene dosis psychedelische stoffen, wint wereldwijd terrein. Patiënten rapporteren subtiele verbeteringen in mentale helderheid, stemming en energiebalans, zonder de bewustzijnsveranderende effecten die met hogere doseringen gepaard gaan. De recente wereldwijde belangstelling voor microdosering werd mede gevoed door het werk van dr. James Fadiman, die met zijn publicatie The Psychedelic Explorer’s Guide1 wordt beschouwd als de herontdekker en systematische grondlegger van moderne microdoseringspraktijken. Hij introduceerde het eerste gestructureerde microdoseringsprotocol op basis van duizenden ervaringsdata.

Wat is microdosering?
Bij microdosering wordt een sub-hallucinogene dosis van een psychedelische stof gebruikt, meestal vijf tot tien procent van een volledige tripdosering. Dit wordt consistent, volgens een bepaald protocol in een periode van maximaal twee maanden, ingenomen in een poging om de levenskwaliteit te verbeteren. De dosering is laag genoeg om normale waarneming en functioneren niet te beïnvloeden, maar gebruikers rapporteren subtiele effecten op stemming, focus en energie. In de praktijk volgen veel gebruikers vaste protocollen. Het Fadiman-protocol kent een cyclus waarbij op dag één wordt ingenomen, gevolgd door twee rustdagen. Het om-de-dag-protocol (ontwikkeld door Microdosing Institute) volgt een eenvoudiger ritme van afwisselend één dag inname en één dag rust. Deze schema’s worden breed toegepast als praktische structuur voor veilige toepassing en integratie in het dagelijks leven.

Meer informatie
www.microdosinginstitute.com ; www.microdose.nl

Lees het gehele artikel vanaf pagina 42 in het VNIG 5/25.

Wilt u het gehele artikel als PDF bestand ontvangen? Bestel het dan hier voor € 3,50.

Bronvermelding
1. Fadiman, J. (2011). The psychedelic explorers guide. Park Street Press US.
2. Carhart-Harris, R. L., & et al. (2014). The entropic brain hypothesis. Front Hum Neurosci.
3. Hutten, N., & et al. (2020). Low doses of LSD and psilocybin increase BDNF levels in healthy subjects. J Psychopharmacol.
4. Porges, S. W. (2011). The polyvagal theory: Neurophysiological foundations of emotions, attachment, communication, and self-regulation. W.W. Norton & Company.
5. Polito, V., & et al. (2021). Microdosing psychedelics: subjective effects and participant demographics. PLoS ONE.
6. Bonson, K. R., & et al. (1996). Chronic administration of serotonergic antidepressants attenuates the subjective effects of LSD in humans. Neuropsychopharmacology, 14(6):425-36.
7. Davis, A. K., & et al. (2022). Psychedelics and antidepressants: How do they interact? Front Psychiatry, 13:870245.
8. Rickli, A., & et al. (2016). Monoamine oxidase A inhibition increases the toxicity of serotonergic drugs. Biochem Pharmacol., 115:134-143.
9. Mind Foundation. (2023). Psychedelic-Antidepressant Interactions: Pharmacological Considerations and Clinical Implications.

Verzameling van artikelen van schrijvers die op niet-regelmatige basis voor ons schrijven.

Laat een reactie achter