Borstvoeding en de darmflora

18 Dec, 2014

Bij de geboorte van een baby is de darm bacterieloos en steriel. Een trigger voor opbouw van de darmflora vindt onder andere plaats door contact met sporen van ontlasting en darmflora van de moeder bij een vaginale bevalling. Borstvoeding is de beste voeding voor verdere opbouw van de darmflora.Moedermelk bevat zeer kleine aantallen probiotica (meestal Bifidobacteria) en grote hoeveelheden prebiotica. Prebiotica in borstvoeding zijn oplosbare galacto-oligosachariden. Juist deze complexe koolhydraten zijn uitstekende voeding voor darmbacteriën van de dikke darm. Door vertering worden allerlei voor de darm en afweer gezonde afbraakproducten geproduceerd.
 
Onderzoek van de Deens Technische Universiteit bevestigd dat borstvoeding de darmflora opbouwt en zo bijdraagt aan gezonde immunologische reacties van de zuigeling. En dat borstvoeding van alle factoren de meeste invloed heeft op de opbouw en de samenstelling van de darmflora. Maar de studie toont als eerste aan dat borstvoeding voor de duur van maximaal drie jaar van invloed is op de flora, ook wanneer de borstvoeding stopt. Dit is veel langer dan werd gedacht; er werd voorheen aangenomen dat na 1 tot maximaal 2 jaar de blauwdruk van de darmflora al zou zijn vastgelegd.

In de studie nam het onderzoeksteam ontlastingsmonsters van 330 gezonde Deense zuigelingen 9, 18 en 36 maanden na de geboorte. Ze gebruikte een techniek genaamd kwantitatieve PCR die bacteriële soorten en hun de relatieve hoeveelheden vast kan stellen. De resultaten toonden aan dat borstvoeding de aanwezigheid van Lactobacilli stimuleert. Dat is een soort bacterie die de regulatie van het immuunsysteem ten goede komt. Stopzetting van borstvoeding leidde tot een verandering in de microbiota. Er ontstond een bevolking die gedomineerd werd door Clostridium spp. en Bacteroides spp. Ontwikkeling en stabilisering van de microbiotica werd voortgezet tot de leeftijd van 3 jaar.

Senior onderzoeker Tine Rask Licht verklaart de betekenis van deze bevinding: ‘de resultaten helpen ter ondersteuning van de veronderstelling dat de darmflora niet, zoals eerder gedacht, stabiel is vanaf het moment dat een kind een jaar oud is. Volgens onze studie blijven belangrijke wijzigingen zich voordoen tot de leeftijd van drie. Dit betekent waarschijnlijk dat er een 'venster' wordt weergegeven tijdens de vroege jaren, waarin intestinale bacteriën meer vatbaar voor externe factoren zijn dan wat wordt gezien bij volwassenen.’

Bron:
Bergström, A., Skov, T.H., Bahl, M.I., Roager, H.M., Christensen, L.B., Ejlerskov, K.T., Mølgaard, C., Michaelsen, K.F. and Licht, T.R. (2014). Establishment of Intestinal Microbiota during Early Life: a Longitudinal, Explorative Study of a Large Cohort of Danish Infants. Applied and Environmental Microbiology, Vol. 80, No. 9. (1 May 2014), pp. 2889-2900, doi:10.1128/aem.00342-14 

is natuurgeneeskundige en klinisch epidemioloog. Ze is als (freelance) auteur, docent en onderzoeker gespecialiseerd in het vakgebied van de complementaire, alternatieve en functionele geneeskunde. In haar werk staan kennisoverdracht en kennisontwikkeling in deze geneeswijzen centraal. Zij levert wetenschappelijke informatiediensten binnen het werkveld.

Laat een reactie achter